Erysimum is normaal een voorjaarsbloeier. Deze verbetering van 'Bowles Mauve' bloeit door tot de herfst.
In een milde winter kan ze haar glanzend grijs-groene blad houden. Ze heet muurbloem omdat ze graag voor een warme zuid-muur staat.
Ze is ook wel wat vorstgevoelig en vraagt dus een beschutte standplaats.
Deze is als alle muurbloemen even leuk in je tuin als in de vaas. Als je knipt blijven er de hele zomer nieuwe bloemen komen.
De hoofdbloei is in het voorjaar en begint bruin-rood, verkleurend naar purper tot donker roze.
Ze staan graag op een warme zonnige plaats en tussendoor een beetje terugknippen dus.
Blijf glimlachen.
Zeer donkerbladige vorm gevonden door medewerkers van Nottcut's Nursery, als sport van Euphorbia 'Redwing'.
Ook heel mooi in de winter als de kleurkracht zich samenbalt.
In het vroege voorjaar verschijnen de abrikoos oranje groene bloemen die gedurende de zomer, dus ook na de bloei aantrekkelijk blijven.
Echt wel de aller donkerste.
Een van de sterkste selecties van Euphorbia characias die ik ken. Ze stond jarenlang ook bij -22oC probleemloos in onze vorige tuin.
Ze heeft een compacte habitus, rode stengels en vooral in de winter ook een rode zweem over het blad waar de vroege groene bloemen prettig tegen afsteken.
Deze selectie van Jan van Alphen komt uit Voorschoten, hence the name.
Een spannende donkerbladige selectie met blad dat vooral in herfst en winter een antraciet grijs met een diep rode waas heeft. Hoe kouder het wordt hoe strakker en intensiever de kleurdiepte.
De bloemschermen zijn groot en contrasteren met het donkere blad. De uiteindelijke hoogte is ongeveer 70 centimeter.
Een winter wonder.
Een mediterrane tuinplant voor goed doorlatende grond op een zonnige plaats. Bij gunstig weer ontwikkelen de lange bloeistengels zich vanaf januari snel. De dikke bolle schermen kunnen in februari al zichtbaar worden.
Een grote groep van drie planten en gunstig weer vormen de grootst denkbare rijkdom.
Liggende stengels met sierlijk stevig blauw-grijs blad in kransen rondom de stengel.
De bloei is overbodig, dit is een superieure bladplant voor droge zonnige plekjes.
Ze is sterk en makkelijk. Je mag haar elk moment diep terugsnoeien.
Een van onze Corsica trofeeën. Er volgen meer.
Deze lage kruipende soort heeft fijn en donker naaldvormig blad. De geurende bloemen beginnen geelgroen en verkleuren naar rood, de schutbladeren zijn geelgroen. Een van de kleinste in het geslacht die van zich afbijt door goedaardig te woekeren. Er vormt zich snel een vrij dichte zode die echter buurplanten niet hindert. Ze groeit op de armste en moeilijkste plaatsen waaronder droge schaduw nog gemakkelijk weg.
Deze bevelen wij aan voor droge moeilijke plekken waar anders niets meer wil groeien. De stolonen kruipen zelfs op de ongunstigste plekjes nog gestaag maar niet problematiisch verder.
Het blad ontwikkelt zich na de geurige bloei eind april en wordt in het najaar intensiever rood.
De bloemen hebben een sterke, heerlijk zoete geur.
Deze is opmerkelijk, de 'reuzenvorm' van die lage kruiper die gaat waar geen enkele andere plant gaan kan: de droge schaduw. Vorst deert ze niet.
Zo hoog opgaand worden het van die lekkere geurende bollen.
De foto is gemaakt in maart in 'Jardin D'Enteoulet'.
Uit het wild in de buurt van Nice, natuurlijk.
Maar evengoed bijzonder sterk en winterhard. Bloei van begin zomer tot herfst.
Misschien wel de allersterkste en beste wolfsmelk van allemaal maar wel soms kortlevend.
Geef ze de ruimte, ze groeit breed uit. Het fijne naaldvormige blad knip je in het voorjaar diep terug.
Iedereen moet deze geweldige gele wolkjes planten.
Een kruising van twee door bijna heel Europa voorkomende soorten (Euphorbia waldsteinii x E. cyparissias). Beide sterk, makkelijk en geschikt voor elke standplaats inclusief droge schaduw. Goed vast, winterhard en gezond.
Ze mag na de bloei of in de herfst teruggeknipt.
Vormt bij ons een contrasterend duo met zwarte Helleborus. Heerlijk.
Ferula gek als ik ben plan ik mijn vakanties rondom hun mogelijke groeiplaatsen. Als ik ze dan ontdek raak ik buiten zinnen. Tussen Barjac en Alès vond ik een paar prachtige populaties van deze superplant.
Het is een van de makkelijkste, heel spectaculair met haar purperen stelen en knoppen die zich spannend en traag afrollen. Dat donkergroene loof en dat bijzondere geel, beter kan ik mijn passie helaas niet uitleggen. Ze is bovendien goed vast.
Deze Deense cultivar afkomstig van het gelijknamige eiland is een van de best rijpende en lekkerste vijgen voor ons klimaat.
De tot 6 cm lange geel - bruine vruchten hebben heerlijk sappig rozerood vruchtvlees.
Prima winterhard bij ons. In strenge winters vriezen de puntjes mogelijk wat in maar ze komt altijd sterk terug.
Prachtig diep gesneden klassiek vijgenblad.
Bijzonder vroeg afrijpende bruinrode vijg, zeer geschikt voor ons klimaat.
Het vruchtvlees is zoet en rood.
Snoei zo veel of zo weinig als je wil, maak je nergens zorgen over; deze vijg krijg je niet kapot.
Zet ze wel in de vollegrond en liefst op een arme, warme, stenige plek.
Met een takje rozemarijn er in geprikt en olijfolie besprenkeld in de oven heb je al een heerlijk dessert.
'Desert King' is in 1930 gevonden in Californie. De originele herkomst is onbekend.
Ze is zeer goed van smaak, barst niet en geeft betrouwbaar zeer zoete 'Breba' vruchten. 'Breba' is oogst in de vroege zomer van klein overwinterde vruchtjes. Daardoor lijkt het alsof ze tweemaal draagt
Het is een zeer winterhard, goed groeiend, productief ras met uitstekende vruchtkwaliteit.
'Gouddruppeltje' wordt ook wel 'Honingdruppeltje' genoemd naar de zoete smaak van het vruchtvlees.
De vijgen van ±100 gram rijpen in september en oktober.
Ze is compact en traag groeiend, kan dus ook in pot worden gehouden.
Prima winterhard en zelfbestuivend.
Deze rijkdragende, goed winterharde, zelfbestuivende vijg is van het 'Breba' type. (Breva in het Spaans). Dit betekent dat zeer kleine vruchtjes aan de stuik overwinteren die in het voorjaar uitgroeien en in de zomer rijpen. Dat wekt de indruk van een tweede oogst maar het is in feite de naoogst van het jaar ervoor, De voorjaarsvruchtjes zijn vaak wat minder zoet.
'Twotimer' heeft zeer zoete, rood-bruine peer- of banaanvormige vruchten die niet barsten.
Deze in 2010 door Michael Nobles als mutant van `Violette de Bordeaux` gevonden dwergvorm is zeer geschikt voor de wat kleinere tuin en kan ook in pot worden gehouden.
Ze heeft heerlijk, grillig gelobd vijgenblad.
Vanaf september geeft ze een goede opbrengst donkerpurperen vruchten. Na een milde winter kan ze twee keer dragen.
Zelfbestuivend en goed winterhard.
Een oud ras uit de tijd van Louis XIV met middelgrote bruin-rode vruchtjes en rood vruchtvlees dat, zoals de naam al aangeeft, twee keer kan dragen. Bij ons rijpen de overwinterde vruchtjes alleen na een zachte winter. (Dat zou maar eens elke winter kunnen worden.) Vanaf het voorjaar worden nieuwe vruchtjes aangemaakt die vanaf september rijpen dot grote dikke bolronde vijgen. De struik zelf is prima winterhard. De beste opbrengst mag je op een warme plek verwachten.
Deze vrij late vijg rijpt vanaf oktober.
Maar de overwinterde Breba vruchten kunnen op een warme plek na een milde winter in augustus rijpen.
De zoete aromatische vruchten zijn kastanje-bruin, het vruchtvlees is diep rood.
Zelfbestuivend en goed winterhard.
'Perretta' is een geweldig ras voor ons klimaat. De meeste vijgen verliezen in de winter de vruchten die tijdens het najaar zijn aangemaakt. Na een milde winter rijpen die van 'Perretta' in de zomer waarna ze in het najaar nog een keer kan dragen. Ze heeft grote peervormige vruchten met luchtig dieprood vruchtvlees. Het best draagt ze voor een warme muur op het zuiden.
Ze heeft bovendien sierlijk diep ingesneden vijgenblad.
'Précoce de Bordeaux' is een fors uitgroeiende struik die zonder snoei wel 6 meter hoog kan worden. Ze geeft vroeg (vanaf eind juli) kleine, bijna zwarte vruchten met zeer zoet sappig rood vruchtvlees met een vleugje aardbeiensmaak.
Ze is zeer vroeg, zeer productief en zeer winterhard.
Snoei in het voorjaar oude takken die hebben gedragen weg.
'Smokey' heeft nog iets donkerder blad dan de bronsgroene Foeniculum vulgare var. rubrum.
Dat donkere blad vind ik net iets aangenamer voor mijn vasteplanten borders.
De smaak is gelijk aan die van gewone groene venkel. Heel vaak gebruiken we het niet in de keuken, dus dan kan het maar beter ook een beetje sierlijk zijn.
Een wildvorm uit Noord-Oost Turkije met grote, zeer intensief blauwe bloemen, behaard blad, grote bloemen.
Door het wat grijze, behaarde blad komen de diep blauwe bloemen goed naar voren.
Uit Turkije, dus min of meer mediterraan en uitstekend winterhard.