Deze 'Szechuanpeper' komt wild voor in het oosten van de VS en Canada en is dus zeer winterhard. Het is een scherp gedoornde, kleine boom of meerstammige struik met fijn geveerd blad.
De vruchtjes zijn, net als bij Zanthoxylum piperitum, zeer scherp en prikkelend van smaak. De indianen kauwden er op tegen tandpijn. Tegenwoordig is het een geliefd keukenkruid. Ik ben er niet dol op, maar ik vind het fantastisch dat er een peper is die je zelf kunt kweken.
Dit is hem dan, de echte Szechuanpeper. De schilletjes van de zaden geven een tintelende scherpe smaak met een vleugje citrus. Ik ben geen hele grote fan omdat ik niet vaak Aziatisch kook, maar vele anderen zijn dat wel. Misschien heb ik te zeer een mediterrane inslag. Het jonge, naar citrus geurende, blad wordt in Japen gegeten als groente. Peper uit eigen tuin is hoe dan ook fantastisch.
De zaden rijpen in augustus - september.
Had ik de scherpe doorns al genoemd?
We kennen de specerij als staartpeper. Maar in dit geval is de struik waar de specerij aan groeit, hoewel nogal exotisch, bij ons uitstekend winterhard.
Aan de gang dus, over een paar jaar kun je deze zeldzame specerij en delicatesse per kg uitdelen.
De bast heeft bijzondere grote doorns. De smaak van de pepers is nogal prikkelend.