Deze selectie van Mien Ruys uit circa 1959 is wereldwijd een van de de meest succesvolle vlinderstruiken.
Wellicht heeft dat iets te maken met de indrukwekkende kleur. De aren zijn niet zo groot en het blad moest idealiter wat grijzer zijn.
Het is nog steeds de donkerste van allemaal.
Forse vitale struik, dus stevig terugzetten in het voorjaar.
De zwarte ridder uit Dedemsvaart.
Forse prijswinnende vlinderstruik met zeer dikke, lange, vertakkende bloempluimen.
Ze bloeit zeer lang omdat ze geen zaad vormt en zaait zich dus ook niet hinderlijk uit.
Buddleja davidii is een makkelijke struik met grijs blad, voor elke standplaats. Snoei ze in het voorjaar van jongs af aan diep terug om ze vol te houden.
Verwen je vlinders.
Deze dwerg-Buddleja groeit breed uit en maakt lange pluimen.
Ze maakt zijscheuten en bloeit daardoor lang.
Knip haar net als de andere vlinderstruiken in het voorjaar diep terug zodat ze mooi vol blijft.
Uit de Humdinger serie van Walters Gardens.
Nog een dwerg vorm uit de Humdinger serie van Walters Gardens. 'Humdinger' betekent zoveel als spectaculair opwindend. De kleur van de tot 20 cm lange pluimen draagt hier stevig aan bij.
'Magenta Munchkin' bloeit vroeg en lang.
Diep terugsnoeien in het voorjaar.
Dit is volgens de Royal Horticultural Society de beste roze, vandaar de 'Award of Garden Merrit' die in 2010 nog werd bevestigd.
De beste roze onder de klassieke roze vlinderstruiken dus.
Een flinke struik die elk voorjaar diep moet worden teruggesnoeid.
Plenty, pretty, pink.
Een van de meest succesvolle vlinderstruiken ooit en nog steeds een van de beste roze.
Gevonden in de VS en in 1942 geintroduceerd door Karle A. Lucal.
Door de RHS bekroond met een AGM in 1950 en 1984 en nogmaals bevestigd in 2010.
Zeer groeikrachtig, aren tot 40 cm lang.
Sinds 1945 een van de beste witte vlinderstruiken.
door de RHS onderscheiden met een Award of Garden Merit in 1993 die werd herbevestigd na nieuwe trials in 2010.
De aren zijn 30 tot 35 cm lang.
Weldadig wit.
Deze recente introductie heeft extreem lange doorbuigende bloem-aren. Ze worden tot 50 cm lang. Door de hangende bloemen lijkt ze inderdaad op blauwe regen.
Uitgebloeide pluimen wegknippen bevordert herbloei.
Ze kan ook in pot worden gehouden.
Net als de rest in het voorjaar stevig terugsnoeien.
De trend in vlinderstruiken is laag en compact. Er zijn heel veel recente lage introducties maar een aanzienlijk deel daarvan stelt teleur wat kleur en habitus betreft. Soms leggen ze hun bloemen slordig op de grond.
Deze, gevonden door Elizabeth Keep van East Malling in Kent, is geweldig van kleur en habitus, niet te hoog en toch prima van vorm.
Een introductie van Nottcuts in een aangenaam intensieve kleur.
De plant is vrij compact.
Heerlijk voor vlinders en andere insecten.
Ook deze knip je in het voorjaar diep terug.
Doorbloeiende sterk geurende kruising van Buddleja davidii x globosa.
De doorbuigende bloemtakken trekken veel insecten, vooral vlinders aan.
Gevonden bij veldproeven door de universiteit van Georgia.
Snoeien in het vroege voorjaar.
Buddleja x weyeriana is een lang en rijk bloeiende kruising tussen Buddleja davidii x globosa. De bloemen zitten meer in een bol dan in een aar.
Behalve die leuke bloemtrossen zie je ook vaak dat de kleuren van beide ouderplanten zich (half) mengen. In dit geval is dat een vleugje violet.
'Lady the Ramsey' een wat oudere cultivar van onbekende herkomst.
Buddleja x weyeriana is pionierswerk verricht tijdens de eerste wereldoorlog door Major van de Weyer in zijn Corfe Castle in Dorset. Hij was de eerste die gericht de kruising Buddleja davidii x globosa maakte.
'Moonlight' is een van zijn twee eerste geslaagde kruisingen en nog steeds een van de beste.
Ze vormt een open struik die elk voorjaar diep moet worden terug gesnoeid om netjes te blijven.
Een lage en zuiver wit bloeiende selectie van Hans Kramer.
Heerlijk muntachtig van geur.
Makkelijke wolkjes wit.
In Italië is de wilde vorm met de violette bloemetjes zeer geliefd als keukenkruid.
Dit inheems klokje groeit van nature graag op kalkhoudende zandige leem langs de rivieren en in Zuid Limburg.
Het blad kan rauw worden gegeten in salades, de wortel, die een beetje op radijs lijkt, kan vanaf oktober de hele winter worden geoogst.
Als bron van voedsel heeft de perzikkruiduil (Melanchra persicariae) de oudste rechten.
Smal donkergroen blad diep donkere pluimen in het najaar.
Ze hebben een Mediterrane uitstraling maar komen oorspronkelijk uit Oost Azie. (Mongolië, China, Korea, Japan)
Knip ze in maart of april pas terug net als vlinderstruiken.
De blauwste, met een goed rechte habitus.
'Stephi' is een recente, vrij compacte introductie die rijk bloeit in een heerlijke dromerige kleur.
Ze heeft net als Perovskia een mediterrane uitstraling en wordt ook veel in mediterrane beplantingen toegepast ook al zijn beide van oorsprong Aziatisch.
Knip ze net als Buddleja en Perovskia in het voorjaar diep terug. Verder heb je er geen omkijken naar.
Tamme kastanje komt van nature voor in Zuid Europa, N.W. Afrika, van Marokko, tot Pakistan. Gekweekt worden ze vooral in de Ardèche en op Corsica. In Nederland zijn ze ingevoerd door de Romeinen.
Ze vormen een goede vroege bron van stuifmeel voor wilde bijen en andere insecten. De vruchten zijn rijk aan eiwit en zetmeel. We eten ze graag met spruitjes.
Het hout is zeer duurzaam en wordt speciaal gekweekt voor palen en hekwerk.
Ze groeien aanvankelijk traag maar kunnen uiteindelijk heel oud en hoog worden.
Kan vanwege de hoogte alleen op een pallet worden verzonden. Verzending in pakket is helaas niet mogelijk.
Dit grappige heerlijke sprieten bloemetje met het grote licht behaarde blad staat graag zonnig op doorlatende grond.
Ze vormt uiteindelijk sterke dichte tapijten die je kunt delen.
Chiton, de Centaur uit de Griekse mythologie gebruikte een soort uit dit geslacht om zijn voet te helen, vandaar de naam.
Nou ja zeg; witte rode valeriaan.
Gewoon een vergeten bloem voor je witte border.
No nonsense plant die in alle tuinsferen past.
En bovendien heel mediterraan, zonaanbiddend en insektenvriendelijk.
Zo'n feestelijke ouderwetse plant waar heel veel mee kan. Ik zag ze voor het eerst lang geleden groeiend op een muur in Zuid Frankrijk. Je kunt ze laten verwilderen in een berm maar ook in een prairie of gewone border doet ze goed mee.
Het blad is rauw en gekookt eetbaar, de wortel kan in soep.
Herontdekt zeg maar.
Zichtbaar verwant aan Scabiosa, deze hoge strak omhoog groeiende en stevige plant met bloemen in een romig zachtgele kleur. Het wordt het een statige plant die zich royaal uitzaait. Onze regionale radio-tuin-vraagbaak, Loek Peters, had vanwege zijn flamboyante alpinopet de bijnaam: 'grote plathoofd'. Het is ook een plant die hem vanwege het natuurlijk karakter zal bevallen.
Ze staat massaal in onze tuin.
Een nieuwe prijswinnende selectie van Peter Catt (Liss Forest Nurseries).
Ze groeit uit tot een bolvormige struik van 150 x 150 cm. Het helder groene, fijne blad is gezond. De bloemen hebben een aangename sinaasappel-bloesem geur. De roze knoppen en witte bloemen zorgen voor een aangenaam tweekleurig effect.
Ze verdraagt tot -15 graden en is dus prima geschikt voor ons klimaat.
Uit de sinaasappel familie, die eigenlijk de wijnruit familie heet, deze smalbladige geur bom. Het gaat hier vooral om de geurende bloemen.
Een beetje vorst gevoelig, dus in zeer strenge winters iets afdekken.
Snel groeiend, makkelijk.
Combineren met de grote Salvia guaranitica.
Een kreukelig lief eendagsbloemetje dat strak trekt in de loop van de dag en tegen de avond uitvalt. En dan de volgende dag weer nieuwe kreukels. Elke dag een verse vlucht bloemen, dat is Cistus.
Dit is een van de soorten waar de hars traditioneel van gewonnen wordt. De laudanum waar een van de drie koningen mee bij kindeke Jezus op kraamvisite ging.
Groengrijs blad, zomer en winter.