Deze het sterkst van allemaal naar citroen geurende tijm is officieel geen citroentijm. De geur is precies die van citroenverbena of verveine (Aloysia triphylla).
En die ruikt meer naar citroen dan citroen zelf naar citroen geurt.
Sterk en makkelijk, zeer vol en bossig groeiend.
Vooral die Goddelijke geur is onovertroffen.
Ook deze ruikt naar citroen. De speciale groeiwijze maakt de plant bovendien heel geschikt als bodembedekker of om over een muur te laten hangen. Thymus longicaulis groeit heel snel en maakt zeer lange stengels (tot 1 m).
Thymus longicaulis verdraagt wat schaduw.
Wol-tijm heeft harig blad dat de plant een grijs-viltig uiterlijk geeft.
In de winter is het donkerder; een soort grijs-antraciet.
Het is een harde groeier. Over een muurtje kan ze heerlijk gaan overhangen. We hebben een pol in onze grijze border die wel 50 cm overhangt.
Op de juiste plek; droog en zonnig, een van de meest standvastige kruiptijmen.
Knuffeltijm.
Groot opvallend crème gevlekt, rond blad met soms een vleugje roze.
Een vrij onbekende, bonte cultivar van deze inheemse tijm. De wilde vorm komt voor op kalkrijke grond in de duinen, Zuid Limburg en het rivierengebied. Zoals valt te verwachten doet deze het prima in ons klimaat. Ook schaduw wordt nog redelijk goed verdragen.
Bloeirijke, donkere in Joegoslavië wild gevonden selectie van onze inheemse grote wilde tijm.
Bossig kruipend met groot glanzend, donkergroen blad en lange bloeiaartjes.
Als inheemse soort op zijn plek en vanzelfsprekend heel makkelijk, ze verdraagt zelfs wat schaduw.
Tijm zonder kapsones, eetbaar, maar niet echt lekker, wel prachtig.
Deze gewone inheemse kruiptijm kan tot -50 graden vorst verdragen.
Het is een gemakkelijke plant voor droge zonnige plekjes.
Je kunt ze laten verwilderen, eventueel ook in een arme kalkrijke grasberm zoals die van ons. In Engeland heten ze niet voor niets 'shepards tyme'.
Groeit op het groendak van de bijenstal op het hoogste punt van onze kwekerij.
Gekregen onder een andere naam maar gecorrigeerd naar het bovenstaande. (sorry)
In deze groep is naamgeving nog een rommeltje; aanleiding tot veel discussie. Het geslacht is nog volop in beweging. Ik raak er ook regelmatig van in de war.
De bloemetjes zijn klein en diep purper-roze van kleur en talrijk. Met z'n allen maken ze er een hoos van, behalve bloemen zie je dan niets.
Een sterke, groeikrachtige, bladhoudende, bodembedekkende kruiper.
Een nieuwe kruiptijm uit zaad met een wat fellere kleur dan de originele wilde.
Licht geurend en volledig plat groeiend.
Makkelijk spul mits het stevig vriest.
De platte uitvoering van 'Elfin', hoewel ook deze zich uiteindelijk in een bolletje omhoog kan stuwen.
Deze klassieke fijne kruiptijm, of looptijm. is een trage groeier met klein nauwsluitend blad. Een goede en betrouwbare strakke bodembedekker voor de volle zon.
Compact en plat, sterk.
Wollig, diep olijfkleurig blad en een feestelijke hoos van opvallende fris roze bloemen in juni.
Probleem kan zijn; de overdreven rijke bloei. Bij ongunstig (nat) weer willen ze zich nog wel eens bijna kapot bloeien.
Maar meestal herstellen ze zich prima na een regen opdoffer.
Bloemenfeest dus.
Als deze bloeit is het blad onder de bloemen niet meer te zien. De sneeuwwitte bloemen hebben liever niet te veel regen, dat is logisch.
Gelukkig voor de naar nectar zoekende insecten is deze schoonheid goed vast.
Als het weer een klein beetje meevalt is dit rijkelijk sneeuw voor de de zon.
Vermoedelijk is dit een zeer oude cultivar uit 1914 van Six Hills Nursery. Maar in al die jaren wil wel eens wat verwisseld worden.
Dus we houden de aanduiding vaag.
Donkergroen blad en donkerroze bloemen. Sterk en betrouwbaar. In de winter kleurt het blad antraciet.
Vroeg en bijzonder rijk bloeiend.
Zeer plat.
In de verte op lavendel lijkende geur. Vandaar de volksnaam.
Compacte groei in een klein hoekig bolletje dat mooi vol blijft in het hart
Driehoekig blad als bij T. carnosus en T. camphoratus maar dan wat fijner.
Kan net als citroentijm wat last hebben van strenge vorst.
Bijzonder zeldzaam en geurig.
Zowel voor de keuken als voor de tuin. Veel compacter en aromatischer dan de gewone gezaaide wintertijm, het blad is stevig en een beetje dikvlezig.
Een heerlijk, net bol struikje.
Een van de beste voor keukengebruik.
Deze heerlijke bijzondere geur ben ik wel vaker in het wild tegengekomen in zuid Frankrijk: sinaasappel met een vleugje badedas kun je het noemen.
Wel meer iets voor heilzame verkwikkende thee met wat honing, dan in gerechten.
Het blad is grijs-groen.
Fris en fruitig in ieder geval.
Heerlijk en rijk bloeiend.
Bijzonder geschikt voor keukengebruik.
Sterk lijkend op Thymus vulgaris 'Compactus' maar met een iets mooiere uniform ronde compacte habitus en wellicht ook wat welriekender.
Voor de professionele tijm kweker en tijm gebruiker.
Dit is je professionele keukentijm.
Deze kwam uit Spanje verbasterd tot ons als; Thymus faustini en bleek volledig winterhard.
Het is de recent ontdekte kruising uit de streek van Murcia van waarschijnlijk T. mastichina subsp. mastichina met T. granatensis subsp. micranthus en dat is een spannende combinatie.
Vooral de matig winterharde mastichina is heerlijk en bijzonder van geur.
De geur van tomillo maakt mij gelukkig.
Borage bloemetjes uit Oost Europa, maar dan met leuk gekrulde slipjes aan de bloemblaadjes. Gedraaid zoals de propellertjes die we als kinderen op de kermis wonnen. Bloeit vroeg voordat het grote blad verschijnt. Bloem, blad en wortel worden in Turkije gegeten als 'aci hodan'.
Ze woekert een beetje met rhizomen, dus een goede bodembedekker zelfs voor droge schaduw.
Voor een rijk onbekomkommerd schaduw plekje.
Deze compacte vorm geeft twee oogsten per jaar.
De eerste lichting bessen rijpt in juli-augustus. De plant blijft bloeien en draagt na een korte pauze met iets dikkere bessen door tot oktober.
Ze is goed zelf bestuivend en bestuift ook andere rassen.
Dit kleintje mag ook in pot.
'Sunshine Blue' is een blad houdende, laag blijvende, late blauwe bes met roze bloemen.
Ze is op jonge leeftijd wat gevoeliger voor strenge vorst en staat daarom het beste wat beschut.
De vrij kleine, zeer zoete vruchten rijpen in augustus.
'Sunshine Blue' is volledig zelfbestuivend, maar andere rassen in de buurt zorgen voor een grotere opbrengst.
Miss Cherry vormt een compact bladhoudend struikje dat sierlijk bloeit van mei tot juli en vanaf juli tot februari sierlijke helder glimmend rode zoet-zure bessen maakt in volle trossen. De bessen hebben een hoog gehalte aan antioxidanten en vitamine C. De plant is zeer winterhard en ziekteresistent.
Wel een beetje gedoe aangezien we kalkrijke grond hebben. Maar ze wortelt oppervlakkig, dus een dun laagje veen kan volstaan. In pot met zure grond kan natuurlijk ook.
Deze stinkt, maar het is een waardevolle heemplant voor vochtige plekjes waar nuttige insecten veel baat bij hebben.
Ik maakte er ooit preparaat van dat volgens Rudolf Steiner tegen nachtvorst zou beschermen. Een beetje raadselachtig en lastig te bewijzen of het echt werkt dus ik heb nog flesjes over.
We houden van haar omdat ze hier thuis hoort maar je maakt er geen sier mee.
Deze kruising van de Engelse nationale collectiehouders Vic Johnstone en Claire Wilson werd op Hampton Court Flower Show in 2003 in ons bijzijn geïntroduceerd. Het is als alle toortsen een elegante architectonische plant. Voor niet te rijke vochthoudende grond.
Clementineis is redelijk betrouwbaar vast.
Vertakkende bloeistengels met een heerlijk kleurtje.
Deze dwerg Verbascum is een kort levende vaste plant.
Bijzonder is het purperrode hart van de gele bloemen. Ze kan voorin je border of in potten gecombineerd met andere leukerds zoals Salvia in een gekke kleur.
Ze doet mij denken aan Verbascum chaixii. Ik heb niet kunnen achterhalen hoe verwant ze daar mee is.
Deze fijne luchtige toorts komt wild voor van Zuid Europa en Noord Afrika via Afghanistan tot Siberië. Ze staat in de winter niet graag al te nat, maar is ook bij ons volledig winterhard.
Vlinders en bijen zijn er dol op. 'Blatta' is latijn voor mot.
Het blad-houdende rozet is leuk gekroesd.
Tweejarig of kort levend, dus wel laten uitzaaien.